Ook op de 2e dag van de devdays was er weer veel aandacht voor Windows Azure. Zo begon de dag o.a. met een sessie Real world Azure. In deze sessie werd inhoudelijk aandacht besteed aan hoe een applicatie in de cloud wordt opgenomen. Er wordt hier aandacht besteed aan de punten waar je rekening mee moet houden bij het ontwikkelen en hoe je een applicatie deployed in de Cloud. Er werd getoond dat deployment naar de cloud lang kan duren, maar er werden ook alternatieven getoond met deployment in 15 seconden, door simpelweg alleen bestanden te kopiëren. Ook wordt getoond dat dit allemaal ook via de commandprompt mogelijk is, zodat alles ook geautomatiseerd kan worden uitgevoerd.
Ook was er een sessie over Real world architecture with MVC waarin aandacht werd besteed aan MVC3 en het toepassen van een aantal patterns en tools. Zo werd aangeraden gebruik te maken van het Single Responsibility Principle waarbij er in de applicatie rekening gehouden moet worden dat elke laag van de applicatie maar verantwoordelijk is voor één taak. Ook werd er aandacht besteed aan het gebruik van Inversion of Control (IoC) en het feit dat MVC3 nu de mogelijkheid biedt gebruik te maken van een eigen IoC container, de IdependencyResolver. Ook werd er aandacht besteedt aan het gebruik van global filters om filters voor een mvc applicatie direct voor alle acties toe te kunnen passen, om zo veel werkt te voorkomen.
Tijdens devdays was er ook de nodige aandacht voor de nieuwe standaard voor het maken van webpaginas, HTML5. In de sessie HTML 5 - That's What You Need to Know Today! werden de elementen getoond die nu al gebruikt kunnen worden. Zo werd er getoond hoe client-side storage gebruikt kan worden welke samen met offline caching gebruikt kunnen worden om webapplicaties steeds meer te laten lijken op desktop applicaties. Ook was er veel aandacht voor browser detectie en natuurlijk voor modernizr waardoor oude browsers ook overweg kunnen met deze nieuwe standaard.
Collega Thijs blogde al eerder over de nieuwe versie van het Entity Framework (EF). In deze nieuwste release is de mogelijkheid toegevoegd om de database te genereren vanuit POCO entiteiten. Tijdens de sessie werden enkele demos gegeven over het gebruik hiervan. Hierbij kwam naar voren het maken van een simpele applicatie op deze manier heel snel kan gebeuren. Omdat het Code First principe nieuw is binnen het EF kwam tijdens deze sessie naar voren dat er nog een aantal kinderziektes aanwezig zijn. Daarom is het gebruik van Code First in productie applicaties ook nog niet aan te raden. Achter de schermen wordt er druk gewerkt om deze kinderziektes te verhelpen en wanneer deze zijn opgelost zal het Code First principe een goede toevoeging zijn aan het .NET framework.
Voor meer informatie kun je terecht op deze blog van Scott Guthrie.
In één van de laatste sessies werd er aandacht besteed aan WCF Dataservices. WCF Dataservices was vroeger beter bekend als Astoria of ADO.Net Data Services. In deze sessie werd getoond hoe eenvoudig het is om een WCF service op te zetten voor het ophalen en eventueel migreren van data. Dit alles gebeurt op basis van entiteiten en REST services. WCF dataservice maakt gebruik van de OData standaard wat door meerdere talen gebruikt kan worden. Deze standaard biedt verschillende formaten aan als Atom, JSON en XML.
Al met al is het een hele leerzame dag geweest waarbij we de nieuwste technieken van Microsoft hebben gezien. Daarnaast hebben we ook nieuwe toepassingen gezien van de bestaande technieken die wij al gebruiken binnen a&m impact. Wat zijn jullie ervaringen met devdays?
